Flickr / Tilemahos Efthimiadis

Filosofie is geen speurtocht

In Nederland woedt al een tijd lang een koude oorlog tussen 'populaire filosofie' en 'academische filosofie'. De populaire filosofen beroepen zich erop dat ze praktische inzichten en antwoorden op levensvragen geven, en zetten de 'academische filosofie' weg als een steriele technische discipline die iedere binding met maatschappij en leven kwijt is. Academische filosofen beschuldigen populaire filosofen ervan dat ze oppervlakkige karikaturen van filosofische begrippen gebruiken om zelfhulpboeken te schrijven. Beide partijen zijn van mening dat hun eigen filosofie de echte filosofie is, en dat de andere partij de titel van 'filosofie' misbruikt.

Op deFusie heeft Nathanael Korfker geprobeerd een compromis te zoeken tussen de twee posities. Hij betoogt dat de precisie en kritische insteek van de academische filosofie waardevol zijn, maar dat ze zich richt op de verkeerde vragen. In een poging om te concurreren met 'echte' wetenschappen richten universiteitsfilosofen zich alleen maar op de objectief waarneembare wereld, waarmee ze zich terugtrekken uit het subjectieve domein van het leven. Zo heeft, volgens Korfker, de academie de levensfilosofie te grabbel gegooid voor goeroes en kwakzalvers. Het is zaak dat de universiteit zich gaat richten op levensfilosofie, om de academie leven in te blazen en om het monopolie op zingeving van de populaire filosofie  te doorbreken.

Korfker geeft in zijn essay een scherpe diagnose en doet een moedige poging tot verzoening, maar ondermijnt zijn eigen betoog met de twee ogenschijnlijk onschuldig woordjes 'weer' en 'meer'.

Het artikel draagt de titel 'Waarom het leven weer terug moet komen in de academische filosofie' en stelt vervolgens de diagnose 'De filosofie op de universiteit heeft geen oog meer voor het leven'. Anders gezegd: filosofie als manier van leven is 'geen gangbare instelling meer voor een universitaire filosoof.' De concluderende oproep is 'laten we deze soort filosofie weer naar de academie toeslepen.'

Uit de onschuldige woordjes 'weer' en 'meer' klinkt een geïdealiseerd beeld van een gelukzalige gouden eeuw waarin de academie theorie en praktijk nog wist te verenigen. Maar wanneer dan? Vrijwel alle grote levensfilosofen werkten buiten de academie: Camus werkte freelance als journalist en schrijver; Schopenhauer had een hekel aan de universiteit; Nietzsche heeft vrijwel al zijn boeken geschreven na zijn ontslag. Sinds het ontstaan van de moderne universiteit in de 19e eeuw is de levensfilosofie altijd een buitenbeentje geweest.

Sinds het ontstaan van de moderne universiteit is de levensfilosofie een buitenbeentje.

Als voorbeeld van de verbinding tussen filosofie en leven noemt Korfker de 'klassieke filosofische scholen' - de Academie van Plato, het Lyceum van Aristoteles, de Stoa van Chrysippus, de Tuin van Epicurus. Maar ook hierin kan ik hem geen gelijk geven. Wanneer hij zegt 'dat de levenskunst in de wortels van de filosofie zit', keert Korfker de klassieke filosofie namelijk op zijn kop. De Stoïcijnen vergeleken de filosofie met een vruchtbaar veld: de logica is het hek dat de akker afgrenst, de fysica is de aarde, en de ethica (levenskunst) zijn de vruchten. Voor deze antieke filosofen gold levenskunst niet als de wortel en oorsprong, maar als de vrucht en het resultaat van de filosofie.

Ook Plato, de filosoof par excellence, plaatst in zijn Politeia (boek VII) de levenskunst aan het eind van de filosofische ontwikkeling. Studenten in de ideale staat moeten eerst jarenlang oefenen in wiskunde en argumentatieleer. Daarna volgt een praktijkstage van een jaar of vijftien in de politiek. Pas als ze ouder dan vijftig jaar zijn mogen studenten zich bezig gaan houden met de vraag naar het Goede.

Het is natuurlijk goed mogelijk dat deze beschrijving uit de Politeia niet overeenkomt met het curriculum aan Plato's Academie. Maar ook dan is er genoeg bewijs dat de school van Plato meer weg had van de moderne academische 'ivoren toren' dan van een school of life.

Korfker schrijft: 'De universiteit richt zich vandaag de dag op de vragen naar ‘het ware’, ‘het goede’, ‘het schone’, ‘het ene’ en ‘het zijnde’, maar niet op een manier die impact heeft op je leven.' Dit was op de Academie van Plato niet anders. Een anekdote die Aristoteles aan zijn leerlingen vertelde, is dat Plato ooit een lezing 'over het Goede' gaf. Het publiek stroomde massaal toe in de hoop er levenslessen op te zullen doen over het goede leven, gezondheid, geluk, enzovoorts. In plaats daarvan kregen ze tot hun schrik een reeks abstracte mathematische bewijzen te horen, met de conclusie dat het Goede Één is.

De verwarring en teleurstelling die Plato's toehoorders hebben gevoeld moet lijken op die van de enthousiaste filosofiestudent die Korfker beschrijft: je hoopt de zin van het leven te horen en krijgt alleen maar technische bewijzen voor je kiezen. Maar deze teleurstelling is onvermijdelijk en zelfs vruchtbaar.

Als de universitaire filosofie voor beginnende studenten een teleurstelling is, is het antwoord niet om meer levensfilosofie in het curriculum te stoppen. Teleurstelling is een belangrijke stap in filosofisch onderwijs: het besef dat waarheid en wijsheid zich niet zo makkelijk laten vangen is de drijvende kracht achter filosofische reflectie. Plato noemde dit aporie; zijn remedie was om studenten een lange omweg te laten maken via een technisch curriculum van astronomie, wiskunde en muziekleer. De oefening in die disciplines moet studenten bewapenen om de zoektocht naar waarheid en wijsheid beter te kunnen aanvatten.

Teleurstelling is een belangrijke stap in filosofisch onderwijs.

Het doel van de filo-sofie (wijs-begeerte) is niet, zoals Korfker beweert, impact op het leven, maar zoeken naar wijsheid. De vraag wat wijsheid is en hoe je eraan komt, is nog steeds een open vraag; als de beginnende filosoof soms verdwaalt in het labyrint, komt dat doordat de filosofie zelf zoekende is. Maar als 'filosofie' de vorm krijgt van een strak georganiseerde speurtocht waar verdwalen onmogelijk is, waar de volgende aanwijzing steeds al van verre zichtbaar is en de prijs van tevoren bekend, is het gedaan met de zoektocht naar de wijsheid - en dus met de filosofie.

Gerelateerde artikelen
Reacties
Nog geen reacties.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Naar boven